Zuidhorn

Plaatsen > Zuidhorn

De Gemeente Zuidhorn ligt in de provincie Groningen. Inwoneraantal: 18.210; Oppervlakte: 128,36 km²; Wateroppervlakte: 2,76 km².

De gemeente zuidhorn bestaat uit de woonkernen:

  • Aalsum
  • Aduard
  • Balmahuizen, 
  • Barnwerd, 
  • Briltil
  • De Kampen
  • De Poffert, 
  • De Ruigewaard, 
  • Den Ham
  • Den Horn
  • Diepswal, 
  • Electra, 
  • Englum
  • Fransum, 
  • Frytum, 
  • Gaaikemadijk, 
  • Gaaikemaweer, 
  • Gaarkeuken, 
  • Grijpskerk
  • Heereburen, 
  • Hoekje, 
  • Hoogemeeden, 
  • Humsterland, 
  • Ikum, 
  • Kenwerd, 
  • Kommerzijl
  • Korhorn, 
  • Lagemeeden,
  • Lammerburen, 
  • Lauwerzijl
  • Niehove
  • Nieuwklap, 
  • Niezijl
  • Noorderburen, 
  • Noordhorn, 
  • Noordhornerga, 
  • Noordhornertolhek, 
  • Okswerd, 
  • Oldehove, 
  • Pama, 
  • Pieterzijl, 
  • Ruigezand, 
  • Saaksum, 
  • Selwerd, 
  • Spanjaardsdijk, 
  • Steentil, 
  • Visvliet, 
  • Wierumerschouw (ged), 
  • Zuidhorn

De gemeente Zuidhorn is een agrarische plattelandsgemeente, gelegen in de Zuidwesthoek van de provincie Groningen. Economisch-geografisch maakt zij deel uit van het Westerkwartier. Het Westerkwartier is één van de drie kwartieren van de Groninger Ommelanden. “De Ommelanden” was tot 1789 de naam van de zelfstandige gewesten Westerkwartier, Hunsingo en Fivelingo in de provincie Groningen. De huidige gemeente is op 1 januari 1990 in het kader van de gemeentelijke herindeling ontstaan door samenvoeging van de voormalige gemeenten Aduard, Grijpskerk, Oldehove en Zuidhorn. Op 17 september 1990 heeft de gemeenteraad gekozen voor de gemeentenaam “Zuidhorn”.

De vroegere bewoners veranderden het landschap nogal, uit economische motieven. In het Zuidelijk Westerkwartier (gemeenten Grootegast, Leek en Marum) werden uitgestrekte en woeste veengronden afgegraven voor de winning van turf. Zuidhorn, in het Noordelijk Westerkwartier, ligt in een zeekleigebied, dat in verband met de lage ligging in het verleden herhaaldelijk tijdens stormvloeden werd overspoeld. Afgezien van enkele kwelderruggen was het een vlak gebied. Teneinde het tegen de zee te beveiligen werden aanvankelijk wierden opgeworpen, terwijl in latere jaren, toen er meer bestuurlijke eenheid ontstond, werd overgegaan tot de aanleg van dijken. Ook kloosterlingen hebben vroeger grote invloed uitgeoefend op de bedijkingen, met name vanuit de toenmalige kloosters in Aduard en Gerkesklooster in Friesland. Een aantal wierden is in de loop der jaren afgegraven vanwege de humusrijke grond (bemesting). In het noorden van de gemeente liggen de wierdedorpen Saaksum en Niehove, dorpen die hun oorspronkelijk karakter hebben behouden. Aduard en Oldehove zijn komdorpen, de eerste is ontstaan bij een klooster. Dijkdorpen zijn Grijpskerk en Den Horn. Niezijl, Kommerzijl, Lauwerzijl, Visvliet en Pieterzijl zijn zogenaamde kruisdorpen, vaak ontstaan langs wegen en niet van agrarische oorsprong. Zuidhorn en Noordhorn zijn zogenaamde wegdorpen en liggen op een noord-zuid lopende zandrug. Op de grens van zand en klei vestigden zich boeren, die de zandruggen vanwege hun structuur en ligging boven de zeespiegel vooral gebruikten voor akkerbouw en tuinbouw. De lager gelegen gronden deden dienst als weiland. De kern Zuidhorn was daardoor van oudsher een vrij welvarende agrarische gemeenschap. De vele oude kerken en historische gebouwen in en buiten de dorpen getuigen van een ver verleden. Het noordelijk gedeelte van het Westerkwartier bestond vroeger uit de landsdelen Humsterland en Middag. Voor 1400 was dit een bedijkt eiland, dat door de inpolderingen in de 14e en 15e eeuw verbinding kreeg met het vasteland. Door inpolderingen in de 19e eeuw, besloten met de afsluiting van het Reitdiep, kreeg de gemeente zijn huidige noordgrens.

Het landschap is overwegend grootschalig, open, ruim en weids, met naar het zuiden de overgang naar het meer gesloten coulissenlandschap van het zuidelijk Westerkwartier. Eerder was in de maand mei het verschil tussen het noordelijk en zuidelijk deel zelfs in kleuren waar te nemen. In het noorden rond de plaats Grijpskerk bloeiden dan de koolzaadvelden in het felle geel; in het zuiden overheerste het groen van weilanden en bomen. De gemeente Zuidhorn is een forensengemeente, grenzend aan het stedelijk knooppunt Groningen en de waterrijke provincie Friesland. Het karakter van de gemeente is te typeren als rustig, groen en landelijk. Dit karakter en de ligging nabij de universiteitsstad Groningen maken de gemeente voor veel forensen tot een ideale woonomgeving. De kernen Aduard en Grijpskerk, maar met name Zuidhorn, hebben hun groei hier aan te danken.

Dorp Zuidhorn
Zuidhorn is ontstaan in een gebied waar vroeger het zeewater af en toe over de landerijen stroomde. De kern van Noord- en Zuidhorn bestaat uit een hooggelegen zandrug van circa 4 km lengte die het ontstaan van deze dorpen tussen het water en slik van de zee mogelijk maakte. De kern Zuidhorn – met ruim 6.400 inwoners – is een aantrekkelijke forensenplaats met goede voorzieningen en uitstekende verbindingen met de steden Groningen en Leeuwarden. De spoorwegverbinding met beide plaatsen werd op 29 mei 1866 gerealiseerd.

De dorpen Noordhorn en Zuidhorn worden gescheiden door het Van Starkenborghkanaal. Met de aanleg van dit kanaal werd begonnen op 15 augustus 1931. Het kanaal werd officieel geopend door koningin Wilhelmina op 5 november 1938. Het kanaal vormt een onderdeel van de scheepvaartverbinding Delfzijl-IJsselmeer. Het Van Starkenborghkanaal loopt van Groningen naar de Friese grens, waar het bij Stroobos overgaat in het Prinses Margrietkanaal naar Lemmer. Het kanaal is tussen Stroobos en Noordhornerga het verbeterde oude Hoendiep. Het is genoemd naar Tjarda van Starkenborgh Stachouwer (Commissaris der Koningin in Groningen, daarna de laatste gouverneur-generaal van het voormalig Nederlands-Indië).

In de oude N.H. Kerk van Zuidhorn (gebouwd in de 11e en 12e eeuw) met grotendeels tufstenen muren treft men een preekstoel aan, die rijk gesneden is met verschillende wapens. Eind 2000 werd een ingrijpende restauratie van het interieur van de kerk voltooid. 

Aan de Gast in Zuidhorn bevindt zich de R.K. kerk uit 1844, waarin zich een prachtig decor achter het altaar bevindt. 
Zuidhorn was vroeger de plek waar veel rentenierende boeren zich vestigden. Langs de Gast en de Hoofdstraat zien we nog de fraaie landhuizen. Ooit stonden in Zuidhorn drie borgen: de Jellema-, Klinckema- en Hanckemaborg. 

De Hanckemaborg werd tot 1877 bewoond door de familie Clant-Bindervoet. Omstreeks 1878 werd de borg afgebroken. Van de Hanckemaborg is weinig bewaard gebleven. Wat resteert is het “schathuis”, de vroegere boerderij van “Hanckema”, gelegen aan de Hanckemalaan. Het “schathuis” werd in 1965 herbouwd. De contouren van de voormalige borg zijn in 1993 door de Historische Kring Zuidhorn op de oorspronkelijke plaats aangegeven.
Dat de voormalige gemeente Zuidhorn sterk verbonden was met de Hanckemaborg is nog duidelijk waarneembaar. Zo voerde de gemeente het wapen van de familie Hanckema, die als de stichter van de “heerlijkheid” Zuidhorn – omvattende de dorpen Zuidhorn en Noordhorn – wordt beschouwd. Het vaantje op de toren van de Nederlands Hervormde Kerk bestaat uit een draak met drie vissen. Deze komen ook voor in het wapen van de familie Clant.

In 1992 vierde de plaats Zuidhorn het 600-jarig bestaan. 

 

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *